Fem Van Empel breekt door op de fiets
De Nederlandse Fem Van Empel (18) bestormt dit seizoen met succes de internationale veldrittop. Met vierde plaatsen in de wereldbeker van Dendermonde en de GP Sven Nys begint ze zich stilaan een plaatsje bij de grote namen toe te eigenen. Ook in andere disciplines is de voormalige voetbalster niet onkundig, op het wereldkampioenschap mountainbike eliminator in Leuven behaalde ze enkele maanden geleden brons.
Fem uit Sint-Michielsgestel heeft de koersmicrobe trouwens van geen vreemden, haar neef Micki was een kleine tien jaar geleden geen onverdienstelijke crosser bij Telenet-Fidea. Haar vader Paul reed ook met de fiets tot hij maagklachten kreeg, haar oom Ad heeft een fietsenwinkel, Empella gevestigd in het Noord-Brabantse Erp.
De Brabantse begon als zesjarige te voetballen bij het jongensteam van RKSV Sint-Michielsgestel. Ze richtte in 2010 ook haar pijlen op de wegkoers, zij het beperkter. In haar eerste wegrace in Mierlo-Hout werd ze dertiende. Op haar vijftiende verhuisde ze naar voetbalploeg RKSV Nuenen, daar speelde ze tot de herfst van 2019. Vanaf dan lag de focus volledig op het veldrijden en mountainbiken, met succes. Vorig jaar werd ze op nieuwjaarsdag al tweede in Baal bij de vrouwelijke jeugd, kort daarna pakte ze brons op het NK veldrijden voor junioren, op het daaropvolgende WK werd ze vijfde. Op het WK MTB eliminator in Leuven werd ze puik derde. Tussendoor verdiende ze een contract bij Pauwels Sauzen – Bingoal Cycling Team.
De coronacrisis legde haar geen windeieren.
“Die coronapandemie hielp me enorm in mijn ontwikkeling. Ik kon aanzienlijk meer trainen en daardoor werd mijn basis naar het veldrijden toe veel breder, dit bracht me gaandeweg naar betere resultaten zoals die vierde plaats in Baal.”
Het was niet haar eerste keer in Baal.
“Vorig jaar reed ik ook al in Baal, maar dan nog bij de junioren. Die dag vergeet ik nooit meer. Om half vijf zat ik samen met mijn ouders in de auto. Dat was een kort nachtje”, herinnerde ze zich nog levendig. “De benen waren nu wat minder, dat merkte ik al bij het inrijden, maar ik ben zeker niet ontevreden met het resultaat”, blikt ze terug op haar tweede nieuwjaarscross. “Al vrij snel verloren we de aansluiting met de top drie. Vanaf toen heb ik voornamelijk in het wiel gereden. Het viel op zich wel mee hoe hard Sanne en Annemarie reden, het hoeft niet altijd hard te gaan om een goede uitslag te rijden. In de laatste halve ronde had Sanne een kleine voorsprong van ongeveer 150 meter. Ik versaagde niet, bleef tempo rijden en haar in het zicht houden. Dat ik alsnog als vierde finishte, leek op dat moment onmogelijk. Sanne lag denk ik toch vier tot vijf fietslengtes voor, maar ik wist dat ik een goede sprint had. Ondanks niet de beste benen, heb ik tactisch wel goed gereden. Gelukkig is mijn slotronde altijd goed.”
Ze legt nog niet lang de volle focus op het competitiefietsen.
“Ik heb geen idee waar het einde van mijn mogelijkheden liggen, er zit flink nog wat rek op. Mountainbiken wil ik blijven doen, misschien dit jaar nog iets internationaler. De weg spreekt mij ook wel aan. In het veld heb ik niet persé een favoriete ondergrond. Ik hou er wel van als er veel wordt onderbroken, dus een keertje lopen gevolgd door fietsen enzoverder… Ik had trouwens gepiekt op het NK op 9 januari, maar dit werd afgelast. Met deze vorm had ik misschien wel de beste papieren om te winnen. Nu hopen dat ik nog een wk mag rijden.”
Haar volgende opdracht is de wereldbeker in het Nederlandse Hulst van deze zondag.