Lozenhoek Keerbergen strijdt om het behoud en de bezoekers van FC Moorsel om de derde periodetitel
Aanvallende middenvelder Koen Vleminckx (40) uit Baal zit met zijn Lozenhoek Keerbergen in een onvoorspelbare degradatiestrijd verwikkeld. De geel-zwarten ontvangen komende zondagnamiddag zevende FC Moorsel die de punten nodig heeft om de derde periodetitel te pakken die recht geeft op de eindronde. De grootste stoorzender voor het thuisteam is spits Arne Vanderlinden die vorige zomer de Lozenhoek verliet voor Moorsel. Hij is momenteel topscorer bij de oranje-zwarten met 22 treffers op 19 wedstrijden.
Vleminckx begon op zijn zevende te voetballen bij het toenmalige Stade Haacht. Hij bracht er zijn voetbaljeugd door en haalde de eerste ploeg in vierde provinciale. Daarna volgden avonturen bij derdeprovincialer Olympia Wespelaar, eersteprovincialer KRC Boortmeerbeek waar hij nog Lozenhoeker Kurt Mattheus als speler tegen het lijf liep. De volgende teams op zijn pad waren toenmalige tweedeprovincialer KV Tremelo, Grasheide, het ondertussen gefuseerde KVC Haacht, vijf seizoenen Ramsel en ondertussen is hij ook aan zijn vijfde aan de Lupinenweg toe.
“Mijn eerste seizoen aan de Lozenhoek speelden we ook onmiddellijk kampioen in vierde provinciale. Het zou zonde zijn om terug te moeten zakken. We staan momenteel op de veertiende van de 16 plaatsen, dat geeft voorlopig recht op een eindronde om het behoud. We hebben nog 3 speeldagen om een positie te stijgen in het klassement. Ik zie in Arne geen speler die bij ons zijn gram moet halen, zijn seizoen spreekt boekdelen. Hij scoorde 22 keer op 19 wedstrijden tijd, op die manier heeft hij het seizoen van Moorsel glans gegeven. Wij moeten naar onszelf kijken en onze goede prestatie van ginds in de heenronde bevestigen herhalen, de score was toen wel 3-1 voor hen. Behalve dezelfde prestatie hebben we nu wel de punten nodig”, wist Vleminckx, die bekend staat om zijn precieze vrije trappen. “Je kunt trouwens geen maat zetten op de competitie in onze reeks. Leider Bierbeek B telt momenteel 48 punten op 81. Dat is heel laag en zegt veel over de competitie. Het is een heel raar seizoen waarin iedereen punten laat liggen op momenten waarop het niet mag. Wij kenden pech in verschillende matchen, meermaals hadden we recht op meer maar maakten we het niet af. Het grootste probleem is dat we in hetzelfde bedje ziek blijven, we hebben een smalle kern waardoor we blessures soms amper kunnen opvangen. Nu we ons in de onderste regionen bevinden hebben we standvastigheid nodig en door blessures links en rechts is dat geen evidentie. Onze U21 depanneren ons prima. We hadden ze liever in stilte gebracht en in betere omstandigheden, maar dat kunnen we momenteel niet kiezen. Ze doen dat wel goed en pikken veel op. We gaan thuis tegen Moorsel volledig voor de 3 punten. Als dat met de inzet en de mentaliteit van de voorbije weken is én we kennen wat meeval, dan is alles mogelijk.”
Aan de overzijde staat spits Arne Vanderlinden uit Schaarbeek.
“Dit is qua cijfers mijn beste seizoen ooit, dus ik ben zeker tevreden. In het begin van het seizoen, kwam ik door blessures later in beeld. Toen waren mijn statistieken ook al goed, maar toen ging het met de ploeg wat minder dus dan was het gevoel wat dubbel. Nu gaat het met ons team heel goed en met een 18 op 18 doet dat extra deugd. Eigenlijk zijn we pas vanaf het begin van die reeks voor de eerste keer dit seizoen op volle sterkte, voordien waren er wat blessures bij enkele sleutelspelers, en heeft de trainer ook eindelijk een basiself en bijhorend systeem kunnen zetten dat ons perfect ligt. Dat doet mij dan ook hoopvol uitkijken naar de toekomst, met name naar volgend seizoen. We zijn enkele erg goede versterkingen kunnen gaan halen dus ik hoop volgend seizoen echt helemaal bovenaan mee te kunnen spelen. Het is momenteel niet persé de ambitie van Moorsel om dit jaar al te promoveren”, wist de snelle aanvaller. “We waren voor onze prima reeks zelfs tegen de degradatie aan het strijden, door die huidige zevende positie, kan je al wat vrijer ademen in het klassement. Ik zou zeker nog eens een jaartje in tweede provinciale willen spelen, maar ik denk dat volgend seizoen daarvoor nog te vroeg is. Ik verwacht dat we dan bovenaan meedraaien, op een mooie manier stijgen zie ik dan wel zitten. Uiteraard moet alles dan meezitten en je bent nooit zeker dat de mosterd direct zal pakken met de nieuwe versterkingen.”
De Lozenhoek verliet hij zonder rancune.
“Ik ben daar in heel goede omstandigheden vertrokken en beschouw veel van hun spelers nog als mijn vrienden. Dus ik voel mij er zelfs een beetje ambetant bij dat ik hen zondag met Moorsel nog wat dieper in de problemen zou kunnen duwen. Uiteraard zal ik alles geven voor Moorsel, want je begint elke wedstrijd met de bedoeling om zo goed mogelijk te spelen en te winnen. Ik geloof trouwens wel dat Lozenhoek Keerbergen een te goede ploeg heeft om te zakken uit deze reeks. In elke andere reeks zou je met 28 punten op een veilige positie staan. Dus als ze zich niet meer zouden kunnen redden in de reguliere competie, dan hopelijk via de eindronde”.