Laura Roobaert heeft Rugby Club Pajot nodig als uitlaatklep
Laura Roobaert (21) uit Wambeek begon vier seizoenen terug aan haar avontuur bij Rugby Club Pajot uit Lennik. Dit gebeurde deels onder impuls van haar oudere broer Axel Roobaert die sinds het ontstaan van de ploeg zeven seizoenen een speler van de eerste ploeg was. Ondertussen speelt ze in tweede nationale waar ze buiten coronatijden wekelijks haar rol op de nummer acht als scrum-half speelt en zich ten volle kan uitleven.
Roobaert kreeg pas laat de sportieve microbe te pakken, ze begon op haar dertiende met gymnastiek en turnde tot haar zestiende. Daarna begon ze een kleine twee jaar te lopen bij de Dilbeek Atletiek Club.
“Ik liep er over de korte en de lange afstand en ontwikkelde daar mijn loopbasis, die me bij het rugby goed van pas komt. Ik heb pas laat mijn sportieve passie ontdekt, maar ben blij dat die er nu is. Mijn broer moedigde me aan om bij Rugby Club Pajot te komen, ze waren toen nog in Gaasbeek gevestigd. Het stoere van de sport trok me wel aan en tegelijk vond mijn broer dat ik sterk moest zijn als vrouw en dat ik me moest kunnen verdedigen. Daarom sloeg ik vanaf mijn achttiende het pad van de rugby in.”
Toen Laura bij de rood-witten begon stegen ze meteen van derde naar tweede nationale.
“In de beginperiode dat ik er speelde stonden we steeds zeer hoog in de rangschikking, dat leverde ons promotie naar tweede op. Dat was op zich mooi, maar ik speel voornamelijk voor mijn plezier. Het doet me plezier dat ik er uit de voeten kan op mijn favorieten positie. Ik kan er zowel mee in lijn spelen als in het pakske meeduwen, je verveelt je op die positie geen moment. Je moet alles kunnen. Spelen gebeurt bij mij soms puur op adrenaline. Het is de enige sport waarin ik zo intens diep kan gaan waardoor ik pas soms nadien opmerk dat ik geblesseerd raakte tijdens de match. Dit seizoen is allesbehalve leuk, we speelden amper en ik ben mijn uitlaatklep voor mijn emoties kwijt geraakt. Ik doe wekelijks aan work-outs, loop- en fietssessies om fit te blijven, maar niets kan die matchsensatie volledig vervangen. Hopelijk kunnen we volgend seizoen echt spelen, dan geef ik me voor de volle honderd procent.”